In Spanje kun je met de bus goed en voordelig zo'n beetje het hele land doorkruisen inclusief de eilanden. Maar soms kom je voor verrassingen te staan. Zaken die net even anders werken dan in Nederland. Soms beter, maar soms ook slechter. Lees in dit artikel hoe je soepeltjes met de bus kunt reizen in Spanje.
Wat je moet weten
In de eerste plaats is het goed om te weten dat er in Spanje verschillende busmaatschappijen actief zijn. Wat dat uitmaakt? Dat betekent dat elke maatschappij zelf informatie verschaft. Het is dus niet centraal georganiseerd zoals we dat in Nederland kennen. Afhankelijk van de maatschappij en locatie betekent dit voor de reiziger dat de reisinformatie niet altijd even transparant is. De consequentie van de verschillende maatschappijen is ook dat je in het busstation op zoek moet naar de desbetreffende firma. In de grote steden en busterminals is dat doorgaans makkelijk. De maatschappijen hebben daar hun eigen loketten en vaak is er ook nog een algemene informatiedienst die je van dienst kan zijn. Maar dat is niet het geval bij kleine busstations waar de informatieverstrekking vaak niet optimaal is. Daar zijn dan wel weer al andere bedrijfjes als cafetaria's te vinden maar die zijn vaak net zo slecht op de hoogte van de vertrektijden als jij dat bent. Het goede nieuws is dat de informatie online steeds beter wordt. Bijvoorbeeld op de websites van de busmaatschappijen. Google levert bovendien vaak kant en klare instructies inclusief navigatie. Maar de praktijk leert ook dat je niet volledig op Google kunt vertrouwen als het er echt op aankomt. Bijvoorbeeld die ene bus die je in de ochtend moet halen in een kleine plaats zonder busstation. De bekendste Spaanse busmaatschappij die zo'n beetje door heel Spanje trajecten verzorgt is Alsa.
Let op deze valkuilen
Een van de typische zaken in Spanje is dat de busroutes niet altijd even logisch zijn. In ieder geval vanuit het perspectief van de reiziger. Wie bijvoorbeeld rechtstreeks vanuit Osuna naar Córdoba denkt te kunnen reizen komt bedrogen uit. Dan moet je eerst terug naar Sevilla om vervolgens vandaar de bus naar Córdoba te kunnen pakken. Dan wordt een afstand van 90 km overbruggen al snel een dagtaak. Een ander voorbeeld. De afstand tussen Alicante en Dénia is maar 90 kilometer. Met de auto al in een uur te overbruggen. Maar wie het met de bus doen, kan zomaar 3,5 uur zoet zijn. Langer dan vliegen naar Alicante! Nee, niet omdat de bus zo traag rijdt, maar omdat die zo'n beetje bij elke plaats op de route stopt. Kijk ook niet raar op als de laatste bus in een kleinere plaats om 15:00 is vertrokken. Of dat er in de weekenden in het geheel geen bussen rijden tussen twee buurgemeenten terwijl de informatie op het busstation toch echt wat anders zegt. Een kaartje kopen, gaat bij de grote busterminals vaak heel makkelijk, maar bij kleinere plaatsen is dat wel anders. Het goede nieuws is dat je in de bus een kaartje kunt kopen. Soms (meestal vanaf de luchthavens) kan dat makkelijk met je bankpasje. Maar in de meeste gevallen kan het alleen contant.
Tips voor het voorkomen van problemen
Tot slot een aantal tips die ervoor zorgen dat je relaxt met de bus kunt gaan reizen in Spanje. Het begint ermee dat je weet met welke busmaatschappij je gaat reizen. Wie reist tussen de grote steden, zoals van Málaga naar Almería, kan simpelweg de busterminal van Málaga inlopen, informeren naar de eerste bus en een kaartje kopen bij het loket van de desbetreffende busfirma. Fácil! In dit geval eindigt de busrit in de busterminal van Almería en hoef je je dus ook niet bezig te houden met waar je uitstapt. Mis je een bus, dan pak je gewoon de volgende bus. Altijd wel een fijn koffiezaakje of een goede tapasbar in de buurt om de tijd te doden. Maar wie reist op kleinere steden moet beter zijn huiswerk doen. Want een bus missen kan veel tijd kosten of zelfs betekenen dat je het dorp op die dag niet meer gaat verlaten. Dan is het goed om eerst online te checken welke firma het traject verzorgt en wanneer ze rijden. Daarnaast is het altijd goed om bij locals de reistijden te verifiëren en/of plaatselijke feestdagen. In het bijzonder hotels of plaatselijke toerismebureaus zijn vaak goed op de hoogte. Een andere tip is om altijd cash mee te nemen. In Spanje nog veel meer gebruikt dan in Nederland. Niet alleen handig voor in de bus maar ook in lokale zaakjes soms een must. En zeker...een woordje Spaans komt goed van pas. Op de busstations en vooral in de bussen. Want de meeste chauffeurs spreken geen of beperkt Engels. Maar hoe goed je ook je zaakjes voorbereidt, je wordt altijd wel een keer verrast. Aangepaste dienstregelingen door feestdagen, een bus met technische problemen, de laatste bus die niet verschijnt. En dat is natuurlijk ook de charme van reizen. No te preocupes. Oplossingen zijn altijd wel te vinden!