Buenos Aires is qua schaal overweldigend. Als reiziger is het dan ook goed om vooraf een idee te hebben van de beste wijken en attracties die deze wereldstad rijk is. In toeristisch opzicht zijn zes belangrijke wijken te onderscheiden.
Een logisch begin is het Centro inclusief het subgebied Microcentro. Hier vind je veel historische plekken en hectiek. Meer lokale sfeer proef je in het sfeervolle San Telmo, een van de oudste en meest geliefde stadsdelen.
Ten noorden van het centrum ligt Recoleta, een chique wijk met Franse allure. In noordwestelijke richting tref je Palermo, hip en ontspannen, bezaaid met boetieks, restaurants en uitgestrekte parken.
Aan de oever van de Río de la Plata ligt Puerto Madero, ooit een vervallen havengebied, nu een van de chicste en modernste delen van de stad. En tenslotte is er de kleurrijke volkswijk La Boca. Gevaarlijk volgens sommige reisbronnen, maar ondanks haar toeristische karakter een absolute must-see bij een bezoek aan Buenos Aires.
In het zuiden van de stad ligt San Telmo, de oudste wijk van Buenos Aires. Ooit het domein van rijke families die er elegante paleisjes bouwden, maar na de gelekoortsepidemie van 1877 namen immigranten en minder bedeelden de wijk over. De statige huizen raakten volgestouwd met tientallen gezinnen.
Vandaag de dag is San Telmo met zijn straten van kinderkopjes een van de meest geliefde buurten om doorheen te dwalen. Je slentert er langs kleurrijke herenhuizen, koffiebars, antiekwinkeltjes, galerieën en markten.
Het toeristisch hart wordt gevormd door Plaza Dorrego en de Mercado San Telmo. Overdag een drukke markthal met eetzaakjes en winkeltjes; 's avonds een podium voor tangovoorstellingen in de open lucht. Op zondag verandert Plaza Dorrego in een uitgestrekte antiekmarkt die je absoluut niet mag missen.
Ten zuiden van San Telmo vind je La Boca, een volksbuurt die beroemd is om haar felgekleurde huisjes. Eind 19e eeuw vestigden zich hier vooral Italiaanse immigranten uit Genua die werkten in de haven. De naam La Boca verwijst naar de ligging aan de mond van de rivier Riachuelo.
De wijk geldt als de bakermat van de tango, die hier ontstond in havencafés en bordelen, gevoed door de melancholie van immigranten. Vandaag de dag zie je de tango nog steeds op straat, zij het vooral voor toeristen. Grootste trekpleister is Caminito, waarschijnlijk het eerste voetgangersstraatje ter wereld.
La Boca is ook onlosmakelijk verbonden met voetbal. Het stadion van Boca Juniors, bijgenaamd La Bombonera, is een bedevaartsoord voor fans van Diego Maradona. Het publiek zit er letterlijk boven op het veld, wat zorgt voor een onvergetelijke ambiance. Voor de veiligheid kun je La Boca het beste in de ochtend of vroege middag bezoeken.
Een van de mooiste wijken van Buenos Aires is Recoleta, bekend om zijn brede boulevards en architectuur met Franse invloeden. Hier groeide koningin Máxima op.
De beroemdste bezienswaardigheid is de indrukwekkende begraafplaats van Recoleta, waar prominenten hun laatste rustplaats vonden. Publieksfavoriet is ongetwijfeld het graf van Evita Perón, ondanks zijn eenvoud. Tegenwoordig geldt een entreeprijs (17 dollar), maar wie gratis een alternatief zoekt kan terecht bij de kolossale begraafplaats Chacarita nabij Palermo.
Recoleta is ook een plek voor exclusief shoppen en cultuur. Je vindt er onder meer de monumentale boekhandel El Ateneo, een van de mooiste ter wereld.
In westelijke richting ligt Palermo, de grootste en meest veelzijdige wijk van Buenos Aires. Historische bezienswaardigheden zijn er nauwelijks, maar voor reizigers is dit de meest comfortabele wijk om te verblijven. Palermo is onderverdeeld in subwijken zoals Palermo Soho en Palermo Hollywood, vol bistro's, boetieks, bars en discotheken. Het kloppend hart is Plaza Serrano, omringd door talloze horecazaken.
Daarnaast herbergt Palermo de groene longen van Buenos Aires: een aaneenschakeling van uitgestrekte stadsparken waar je zo een dag kunt doorbrengen. 's Avonds en 's nachts barst de wijk uit zijn voegen wanneer jong en oud zich in het bruisende uitgaansleven stort.
Aan de oever van de Río de la Plata ligt Puerto Madero, het voormalige havengebied dat is herontwikkeld tot het meest exclusieve deel van de stad. Het doet in sfeer denken aan de Rotterdamse Kop van Zuid, compleet met een kleinere versie van de Erasmusbrug.
Puerto Madero biedt een totaal andere aanblik dan de oude stadsbuurten en is juist daarom een bezoek waard. Combineer het met een uitstapje naar de Reserva Ecológica Costanera Sur, een natuurgebied waar je een paar uur kunt wandelen. Terug in Puerto Madero kun je neerstrijken in een van de vele restaurants langs de promenade voor een typische Argentijnse snack: de choripán, het broodje worst dat geldt als nationale favoriet.
In Buenos Aires is tango geen dans, maar een levenshouding. De beroemdste tangozanger is Carlos Gardel, die samen met Evita en Maradona tot de nationale iconen behoort. Zijn dood in 1935 dompelde Argentinië in rouw; volgens de overlevering pleegden die dag verschillende vrouwen zelfmoord uit verdriet.
Een andere grootheid is Astor Piazzolla, de vernieuwer van de tango met zijn tango nuevo, waarin hij bandoneon, jazz en klassieke muziek samenbracht. Bekend is ook Adiós Nonino, de tango die Máxima tot tranen bracht tijdens haar huwelijk. Tegenwoordig steekt Gustavo Santaolalla met zijn band Bajofondo de tango in een modern jasje.
De bekendste tangowijken zijn La Boca en San Telmo, maar wie het authentieke karakter zoekt wijkt beter uit naar Boedo, Abasto of Almagro. In Boedo werden talloze tango's geschreven, Abasto is de wijk van Gardel, en in Almagro kun je in een traditionele milonga zelf de uitdaging aangaan.
In Argentinië is voetbal meer dan een sport: het is religie. Buenos Aires telt talloze clubs, maar de bekendste zijn Boca Juniors en River Plate. Hun onderlinge duel, de superclásico, verdeelt de stad een week lang in blauw-geel (Boca) en wit-rood (River).
Daarnaast zijn er nog de rivalen Racing Club en Independiente in Avellaneda, en natuurlijk Argentinos Juniors, waar Maradona op 15-jarige leeftijd debuteerde. Het stadion van deze club in La Paternal is nu een museum voor de grootste voetballer die Argentinië ooit kende.
Dat bijna elke wijk zijn eigen club heeft, zegt alles over de rol van voetbal in de stad. Niet voor niets wordt de hoogste divisie van Argentinië gedomineerd door clubs uit Buenos Aires.
Een bezoek aan Buenos Aires is niet compleet zonder de lokale horeca te beleven. Crisis of niet, de stad barst van cafés en restaurants waar mensen samenkomen. Er zijn talloze traditionele cafés, vaak op hoeklocaties. Een klassieker is Café La Poesía, of het iconische Café Tortoni uit 1858, maar bezoek ook zeker de minder bekende barretjes. Voor een moderne variant kun je terecht bij LAB Tostadores de Café.
Wie na de koffie zin heeft in wijn kan zich tegoed doen aan een proeverij in de tuinen van het chique Palacio Duhau of in het intiemere wijnlokaal Trova. En natuurlijk mag een Argentijnse biefstuk niet ontbreken. Overal in de stad vind je parrillas (steakrestaurants), maar probeer zeker ook de typische bodegones, traditionele restaurants waar je voor een schappelijke prijs uitgebreid kunt eten.