Ávila is wereldberoemd vanwege haar middeleeuwse stadsmuren die de hele oude binnenstad omringen. Sinds 1985 prijkt de stad op de Werelderfgoedlijst van UNESCO, dankzij haar uitzonderlijk goed bewaarde muren en het grote aantal monumenten. Gelegen op 1131 meter boven zeeniveau is Ávila bovendien de hoogstgelegen provinciehoofdstad van Spanje. Maar de stad is meer dan een monument van steen: Ávila is ook de geboorteplaats van Teresa van Ávila, de invloedrijke mystica en heilige die in Spanje nog altijd grote geestelijke betekenis heeft.
De beroemde stadsmuren van Ávila
Wie Ávila nadert en de indrukwekkende ring van 88 torens en 9 stadspoorten ziet oprijzen, begrijpt meteen waarom deze stad jaarlijks zoveel bezoekers trekt. De 12e-eeuwse muren, ruim 2,5 kilometer lang, zijn een imposant gezicht en vormen één van de best bewaarde stadsmuren van Europa. Een goed vertrekpunt is het Centro de Recepción de Visitantes, waar toeristenbussen arriveren en je informatie en entreekaartjes kunt verkrijgen.
Je kunt ervoor kiezen om een deel van de muur te beklimmen voor een panoramische wandeling óver de stad, of om de volledige muur van buitenaf te volgen via een goed begaanbaar pad. Deze wandeling van ruim drie kilometer voert je langs de indrukwekkende poorten en torens en biedt bij elke bocht een nieuw uitzicht op Ávila's historische silhouet. Het pad is ook een uitstekende manier om op ontspannen wijze toegang te krijgen tot verschillende delen van de oude binnenstad.
Binnen de stadsmuren van Ávila
Achter de robuuste muren ligt een sfeervol historisch centrum vol romaanse architectuur, gotische kerken, serene kloosters, charmante hotels en statige paleizen uit de renaissance. De gotische kathedraal van Ávila - half fort, half kerk - vormt het imposante middelpunt. Binnen springt vooral het rijkversierde retabel in het oog, evenals de kloostergalerij. Vlak naast de kathedraal ligt het Palacio de los Velada, een renaissancepaleis dat tegenwoordig dienstdoet als elegant viersterrenhotel. De prachtige patio is een geliefde plek voor lunch of diner, met uitzicht op de kathedraal en een sfeer die de eeuwen lijkt te overbruggen.
Ook op culinair gebied is Ávila een verrassende bestemming. Lokale specialiteiten zijn onder meer ham, chocolade en vooral het beroemde gebakje yemas de Santa Teresa - gemaakt van eigeel en suiker. Deze traktatie is door heel Spanje bekend, maar nergens smaken ze zoals hier. Een aanrader is La Flor de Castilla aan de Plaza de José Tomé, een klassieker onder de zoetekauwen.
In de voetsporen van heilige Teresa
Meer dan welke andere figuur ook is Ávila verbonden met Teresa van Ávila, Spanje's beroemdste mystica en één van de invloedrijkste vrouwen uit de katholieke geschiedenis. Teresa verwierf roem als hervormer van de Karmelietenorde, stichtte tientallen kloosters en schreef spirituele werken die tot de kern van de Spaanse mystiek behoren. Teresa werd geboren in 1515, op de plek waar nu het Convento de Santa Teresa staat, inclusief een klein museum met persoonlijke relieken - waaronder haar vinger, nog voorzien van een ring. Verspreid door de stad zijn meer dan 15 plekken aan haar gewijd.
Een van de bekendste locaties is Los Cuatro Postes, net buiten de stad. Volgens de overlevering liep Teresa hier op zevenjarige leeftijd weg van huis, samen met haar broertje, op zoek naar martelaarschap. Hun plan werd verijdeld door een oplettende oom. Vandaag de dag is dit symbolische punt ook geliefd vanwege het panoramisch uitzicht op de ommuurde stad.
Op negentienjarige leeftijd trad Teresa in als non in het Convento de la Encarnación, waar ze tot 1574 zou wonen en werken. Hier schreef ze haar eerste mystieke teksten en ontwikkelde ze haar ideeën over hervorming van het kloosterleven. In 1562 stichtte ze haar eerste eigen klooster: het Convento de San José, gelegen net buiten de stadsmuren. Teresa overleed op 4 oktober 1582, maar haar feestdag wordt in Spanje jaarlijks gevierd op 15 oktober.