Paracas Reserva Nacional is een beschermd natuurgebied op een schiereiland. Goed voor bijna 120.000 hectare omvat het een boomloze zandwoestijn met spectaculaire stranden en rotsformaties. Voor reizigers vormen met name de kliffen en rotsformaties hoogtepunten. Een van de bekendste rotsformaties van Paracas is La Catedral: De Kathedraal. Helaas is deze tijdens de aardbeving van 2007 ingestort en daarom zie je er nu nog maar weinig van terug. Het uitzicht over de baai is echter nog steeds de moeite waard vanwege de vele aalscholvers en Incasterns. De laatste is een zeevogel, familie van de meeuwen.In de periode tussen 800 voor Christus en 200 na Christus werd dit gebied overigens bewoond door bewoners behorend tot de Paracas-beschaving. Een bezoek aan het reservaat wordt vaak gecombineerd met een trip naar de eilanden.
Je kunt op eigen gelegenheid het park in gaan, bijvoorbeeld met de fiets. Zorg er wel voor dat je een goede fiets huurt en voldoende water en eten meeneemt. In het park zelf is namelijk niets te verkrijgen. Wil je nog meer avontuur? In 2012 en 2013 reed de Dakar Rally door dit gebied. Het is dan ook een aanrader om een 4x4 excursie te boeken en per jeep door de zandwoestijn te crossen als een echte Dakarcoureur. Alsof je in de achtbaan zit! Tegelijkertijd vertelt een gids je alles over het gebied. Zeker van toegevoegde waarde, want in het park zijn ontelbare en zelfs zoutkristallen te vinden. Wie daar geen kennis van heeft zou daar zo overheen kijken. De zonsondergangen in Paracas zijn ook adembenemend. Het zand wat eerder nog geel leek, krijgt een roodgouden gloed zodra de zon begint te zakken.
Op anderhalve kilometer van de entree van het park vind je Centro de Interpretación. Een klein maar informatief en mooi vormgegeven museum over de omgeving. Vanaf het museum kun je naar een uitkijkpunt lopen waar flamingo's staan. Om de vogels niet af te schrikken mag je niet heel dichtbij komen. Neem vooral een verrekijker als je hem hebt.
Bootexcursie naar de Ballestas-eilanden
Iets buiten de kust bevinden zich de Islas Ballestas, een waar paradijs voor vogelliefhebbers. Hoewel je niet aan land mag, is het langsvaren al een ware belevenis. In en op de rotsen zitten duizenden zeevogels: van pelikanen en Jan van Genten tot aalscholvers en pinguïns. Ook zeeleeuwen komen veel op de eilanden en van verre hoor je al hun geschreeuw. Als je veel mazzel hebt, kun je zelfs dolfijnen zien zwemmen.
De enige manier om de vogels en de eilanden te zien is per boot. Een excursie duurt ongeveer twee uur, waarbij je onderweg ook langs het Paracuas-Candelabra vaart. Een soort kandelaar achtig figuur in het zand die 150 meter hoog en 50 meter breed meet. De betekenis en de oorsprong is niemand bekend. Bedenk dat de bootjes niet overdekt zijn en als het regent, word je dus nat. Ook kan het hard waaien. Een windjack is dan ook geen overbodige luxe. De excursies vertrekken 's morgens, om 8:00 uur, 10:00 uur en 12:00 uur vanaf de Marina Turística Paracas. De eerste excursie biedt de meeste kans op rustige zee en is dan ook het populairst. Bescherm je hoofd wel goed met een petje of muts. Niet alleen tegen de kou, maar vooral tegen de vogelpoep! Er zijn in Paracas aan de boulevard verschillende tour operators die de bootexcursie naar de eilanden verkopen. Zodra je met de bus aankomt, staan ze klaar om de tours aan de man te brengen.
Met zoveel vogels om je heen kun je je misschien wel voorstellen wat een gigantische hoeveelheden vogelpoep er op de eilanden te vinden is. Deze Guano, vogelpoep, is echter een belangrijke bron voor inkomsten. Een keer in de vijf jaar wordt de poep van de rotsen geschraapt en verzameld, waarna het wordt verwerkt tot mest en verkocht wordt door de Peruaanse regering.