Het centrum van Ipiales zelf is niet bijzonder mooi, maar geeft wel een typisch beeld van een Colombiaanse grensstad. Het centrale plein Plaza 20 de Julio vormt het hart van de stad, met een standbeeld van onafhankelijkheidsstrijder Antonio Nariño en een aangrenzende kathedraal. Op en rond het plein vind je wisselkantoren, winkels en eenvoudige eetgelegenheden. De stad heeft een wat rommelige uitstraling, maar is functioneel en levendig overdag.
Voor veel mensen uit de regio is Ipiales een belangrijke handelsplek. Je ziet er een bonte mix van koopwaar: van verse groenten en fruit tot huishoudartikelen, goedkope elektronica, kleding en medicijnen. De sfeer is levendig en soms chaotisch, met mensen die afdingen, manden verslepen en goederen verhandelen. Als westerse reiziger ben je hier niet de doelgroep, maar juist dat maakt het een interessante plek om te observeren hoe grenshandel en dagelijks leven hier hand in hand gaan.
Dé trekpleister van Ipiales is het Santuario de Las Lajas, een neogotische basiliek die in een spectaculaire kloof boven de Guáitara-rivier gebouwd is. De kerk lijkt haast te zweven boven het ravijn en wordt omgeven door steile groene bergwanden. Het bouwwerk is zowel religieus als architectonisch indrukwekkend en trekt pelgrims en reizigers uit heel Zuid-Amerika. Volgens de overlevering verscheen hier in de 18e eeuw de Maagd Maria aan een doof meisje, wat de plek tot een heiligdom maakte. Vooral 's avonds, wanneer de basiliek verlicht wordt, is het uitzicht magisch.
Net buiten Ipiales ligt de officiële grensovergang met Ecuador: Puente Internacional de Rumichaca. Deze brug over de Guáitara-rivier vormt al eeuwenlang een historische doorgang tussen de twee landen. Hoewel het functioneel een douanepost is, is het ook een fascinerende plek vanwege de symboliek en drukte van het grensverkeer. Je ziet hier een mix van reizigers, handelaars en migranten. Wie wil, kan hier te voet de grens oversteken richting de Ecuadoraanse stad Tulcán.
Terug naar introductie Ipiales